De paternoster van Padre Pio, het geheim achter De Leeuw

© © AP

Op 17 mei ligt ,,Leeuw Museeuw, ook dit is Johan Museeuw'', het boek van verzorger Dirk Nachtergaele in de winkel. Vanaf 14 mei kan u in deze krant een voorpublicatie lezen. Maar vandaag ontsluieren we al één geheim van Museeuw. De paternoster van Padre Pio, een bloemenkrans die Johan kreeg voor het WK in Benidorm in 1992. Na zijn beenbreuk daar in Spanje is hij dat geschenk beginnen koesteren als een relikwie. In iedere koers reed de bloemenkrans mee. Maar door een vergetelheid bijvoorbeeld niet in Parijs-Roubaix. Hij brak er zijn knieschuif na een val in het bos van Wallers en er werd even gevreesd voor de amputatie van zijn been Ook toen hij zijn motorongeval had, was de paternoster ver weg. Per ongeluk was hij in de tas van ploegmaat Leif Hoste gesukkeld

Een paar dagen voor dat wereldkampioenschap (Benidorm '92, nvdr) wordt Johan op training staande gehouden door een beminnelijke supporter die hem zegt: ,,Je kent me wel niet, maar telkens ik op bedevaart ga naar Padre Pio's graf in Puglia bid ik ook voor jouw geluk, dat je gespaard mag blijven van tegenslagen. Neem deze rozenkrans van hem aan en draag hem in belangrijke momenten steeds met je mee.''

Daar stond de Leeuw dan in de West-Vlaamse polders met de rozenkrans van Padre Pio in zijn hand. Na een korte aarzeling liet hij de paternoster in zijn shirtzakje glijden, bedankte die meneer en zette zijn weg verder. Thuis legde hij het zomaar ergens weg en concentreerde zich weer op het WK, tot hij in Benidorm op training met de Belgische selectie o.l.v. Eddy Merckx ten val kwam, samen met Dirk De Wolf en Serge Baguet (de latere dakwerker en nu opnieuw volwaardig prof). Een ijverige Spanjaard had ergens op het parcours net zijn auto gewassen en kwistig omgesprongen met water er zeep, waarover de drie uitgleden. Baguet bloedde fel aan de kin en De Wolf had een opengereten handpalm, die hij meteen behandelde met het pepervat: ,,Peper in de wond strooien om te ontsmetten en het bloeden te stelpen, de beenhouwers doen dat ook, niet?'', zei hij. Bondsdokter Van Brussel keek naar mij en ik naar hem, want dit strookte niet met de elementaire medische voorschriften. Taaie Wolf trok het zich niet aan, sprong weer op de fiets en hervatte de training, ons sprakeloos achterlatend.

Met Museeuw was het erger gesteld, want overgebracht naar het plaatselijk ziekenhuis. De sukkelaar beëindigde de schuiver tegen een pijler van de vangrail en brak daarbij het femur (bovenkapsel van het dijbeen). Operatie en maanden out, een mooie start voor de aanwinst van MG-GB '93. De dag daarop kon ik hem samen met zijn toenmalige Lotto-verzorger Julien Everaert gaan opzoeken in het hospitaal. Ik zie hem daar nog liggen, eenzaam en alleen in een hoek van dat kale kamertje, een ziekenhuis onwaardig. Dit was mijn eerste ontmoeting met dé Museeuw, in een hospitaal weliswaar en jammer genoeg niet de laatste keer in een dergelijk gebouw. Ik kon toen natuurlijk niet weten dat ik hem later nog verscheidene keren zou moeten opzoeken na allerlei ongevallen, vaak ook met verwikkelingen.

Eens hersteld en toen wedstrijden weer tot de werkelijkheid behoorden, heeft Johan teruggegrepen naar de paternoster van Padre Pio en het kleinood sedertdien ook gekoesterd als een kostbare schat, die hij als een relikwie ook altijd bij zich droeg in de koers.

(...)

In zijn geloof ging Johan zelfs zo ver dat hij voor Parijs-Roubaix soms twee flessen gewijd water ging halen in een bedevaartsoord rond Gistel, om die dan over de beide wielen van zijn fiets te gieten, hopend van niet lek te rijden. Hij deed dit stiekem als niemand het kon zien, want wat zou men wel denken? En meestal werd hij ook verhoord.

In een Luik-Bastenaken-Luik kwam Johan bij Patrick aan de volgwagen met de melding dat hij zijn Pio-paternoster vergeten was in 't hotel. ,,Hij steekt in mijn spullentas en ik voel me niet op mijn gemak zonder'', zei hij. Met een telefoontje werd ik op de hoogte gebracht om de fetisj op te halen en die dan onderweg, opgeborgen in een drinkbus, af te leveren bij de rechtmatige eigenaar. Hij nam hem aan met een dankbare glimlach en was eerst dan weer echt gerust.

Veelbetekenend alvast voor hem is het feit dat hij de paternoster niet bij zich had toen hij die desastreuze val maakte in het bos van Wallers. Hoe het mogelijk is blijft nog onduidelijk, maar die dag had hij zeker iets over 't hoofd gezien.

(...)

Straf is ook het verhaal over het verkeerde rugzakje. De renners dragen dezelfde kledij, hebben dezelfde koffers, dezelfde tassen en rugzakjes. Naamvermelding of initialen bewijzen hun nut. Toch had Johan zijn rozenkrans in andermans zakje gestoken. Enkele dagen later gebeurde het motorongeval, waarbij ook Veronique en hun zoontje Stefano betrokken waren. Iedereen kent de gevolgen: voor Johan was het rijk der hemelen wel zeer nabij... Zelf was ik toen al aangekomen in Limoges, voor de Ronde van de Limousin, waarin Johan eveneens zou starten. Een telefoontje van journalist Robert Janssens maakte me ginds alles duidelijk en een verhelderend gesprek met ploegarts Toon Cruyt kon mijn bezorgdheid niet wegnemen. We voelden mee met de Leeuw en zijn familie. Maar dan kwam Leif Hoste bij me om de kamer, aarzelend en schuchter. ,,Dirk, ik voel me geen beetje op mijn gemak, want kijk eens wat ik in mijn tasje gevonden heb...'' Hij opende zijn hand en liet Johans paternoster zien. Die rozenkrans weer van Padre Pio.

Een hele tijd na het motorongeval, Johan was al aan revalidatie toe, vertelde zijn nonkel Rik me ook al een straf verhaal. Hij had een vriend van de schenker van Padre Pio's relikwie ontmoet, die ook regelmatig motorritjes maakt. Op die fameuze zonnige augustusdag waren ze weer op weg. Johans zonderlinge Pio-adept zei plots: ,,Ik ruik rubber en benzine, er moet hier iets gebeurd zijn met iemand die ik ken. Misschien verkeert die persoon wel in levensgevaar...'' Eerst 's anderendaags vernamen ze de details en wat er Johan overkomen was op de plaats waar zij dichtbij waren geweest. Raar, maar waar!

(... na zijn laatste koers in Schoten)

Alle ploegmaats drukken de Leeuw welgemeend tegen de borst en ook de duizenden fans zouden dat willen doen, maar de massa is echt te groot. In de afschermende kooi voorbij de streep, trekt hij Tom Boonen bij de mouw dichter naar zich toe om hem heel symbolisch zijn rozenkrans van Padre Pio toe te stoppen: ,,Hier, voor jou, doe ermee wat je wil, maar mij heeft hij vaak beschermd.'' Tom is er even van weg, ontroerd en weet niet wat gezegd, maar stopt het kleinood veilig in zijn rugtas. ,,Draag er zorg voor, want ik heb er veel mee te maken gehad'', geef ik Tom nog mee vooraleer hij richting podium stapt.

Aangeboden door onze partners

HOOFDPUNTEN

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer

Meest Gelezen