Lotte Kopecky pakt twee Europese titels in 19 minuten: “Dat is best speciaal”

19u55: de Europese titel in de puntenkoers. 20u14: de Europese titel op de afvalling. Lotte Kopecky heeft een stukje wielergeschiedenis geschreven op de piste van Apeldoorn. Tweemaal goud, twee Europese titels in negentien minuten. Ongezien. “Blij dat ik de coach heb kunnen overtuigen om ze alletwee te rijden.”

Wim Vos

Zelfs de Nederlandse fans gingen helemaal uit hun bol. Een wereldkampioene die twee loodzware nummers pal na mekaar rijdt: dat was al onwaarschijnlijk. Dat die wereldkampioene ook nog eens beide nummers won, maakte het helemaal krankzinnig. Een dag na haar ontgoochelende zevende plek in het omnium heeft Kopecky alles rechtgezet.

“Dat is inderdaad wel heel bijzonder”, glunderde ze. “Ongezien? Ja, toen ik het programma destijds onder ogen keek en zag dat ze de puntenkoers en de afvalling pal na mekaar hadden geprogrammeerd, vond ik dat ook bizar. Dat is nog nooit gebeurd, denk ik. Maar ik ben blij dat ik de coach toch heb kunnen overtuigen om ze allebei te rijden. Kenny (De Ketele, red.) stuurde me eerst nog: ‘Lotte, heb je dat nu echt nog nodig?’ Maar Elia Viviani heeft in München ooit iets gelijkaardigs gedaan. ‘Heeft een man dat dan meer nodig’, antwoordde ik hem. Dus heeft hij mij maar laten doen.”

En gelijk kreeg Kopecky. Wat opviel: hoe slim ze de hele avond reed. Wil er ooit een pistier een masterclass krijgen in efficiëntie, dat hij er de beelden van zaterdagavond maar bijneemt. Zelden iemand zo meticuleus met haar krachten zien omspringen. Ook Kopecky leek er van verbaasd. “Hoe kapot ik was na de puntenkoers? Dat viel eigenlijk best mee. Ik kon netjes mijn punten sprokkelen en moest nooit echt voluit gaan in de sprints. Bovendien was ik nog voor de slotsprint zo goed als zeker van winst. Dat scheelde.”

© AFP

Je zag vooral dat het haar een boost van extra motivatie gaf. Na een ererondje kreeg ze exact zeven minuten rust. Net voldoende om de benen – jawel – ‘los’ te rijden, een energiereep te eten, een andere versnelling te regelen en weer op de piste post te vatten. Ditmaal voor de afvalling. Slechts één andere renster die zich ook aan de ongeziene combinatie waagde: de Noorse Stenberg. Maar werd die er halfweg uitgereden, dan deed Kopecky wat weinigen mogelijk achtten: weer winnen. “Wat moet ik erop zeggen?”, kon ze het zelf amper geloven. “Dat het echt wel speciaal is. Of zoals ze in Nederland zeggen: écht vet. Cool” Of dit meteen ook een revanche was voor haar tegengevallen omnium? “Het is niet te vergelijken natuurlijk”, besloot ze.

“Vrijdagavond was ik echt wel ontgoocheld. Zevende, dat is gewoon onder mijn niveau. Nog meer omdat ik, zelfs al was ik in opbouw naar de klassiekers, op training echt wel goede cijfers neerzette. Die kwamen er in het omnium echt niet uit. Anderzijds kon ik het nadien ook wel relativeren. Zeker toen ik de beelden van de puntenkoers terugzag en merkte hoe ik daar echt wel geviseerd werd. Nu: ik blijf hopen dat het er ooit eens echt uitkomt in het omnium. Misschien moet dat dan maar in Parijs gebeuren. Intussen ben ik in ieder geval al heel blij dat ik mijn regenboogtruien eer heb kunnen aandoen met deze dubbele Europese titel.”

© BELGA

Aangeboden door onze partners

HOOFDPUNTEN

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer

Meest Gelezen