Net als de Zomerspelen vinden de Winterspelen om de vier jaar plaats, deze keer in het Canadese Vancouver, van 12 tot 28 februari 2010. Zowat 5.500 sporters uit een tachtigtal landen zullen er deelnemen aan 86 evenementen in acht sporten: biatlon, bobslee, curling, rodelen, skeleton, schaatsen, skiën en ijshockey.

Stand van zaken?

De Belgische wintersport baadt niet in weelde, hoewel de tropenjaren stilaan achter de rug lijken. Er is één ster, de flamboyante kunstschaatser Kevin Van der Perren: in Turijn negende en de best presterende Belgische olympiër. Na hem is het, aan de wereldtop, huilen met de pet op. 'Er is nog een enorme weg af te leggen,' zegt Eddy De Smedt, directeur topsport bij het Belgisch Olympisch en Interfederaal Comité (BOIC). 'De wintersportbonden hebben onvoldoende financiële mogelijkheden, een beperkt aantal topsporters en ze draaien haast alle alleen op vrijwilligers. We missen natuurlijk sneeuw en bergen. De trainingsomstandigheden zijn niet ideaal en daarom moet je soms naar het buitenland verhuizen: niet vanzelfsprekend. Ook is er nog geen enkele wintersportfederatie erkend als topsportfederatie door de Vlaamse Gemeenschap.'

Daardoor is er te weinig geld om de gepaste professionele structuur op poten te zetten. De Vlaamse overheid (Bloso) en het BOIC doen nochtans wat ze kunnen: zo hebben de shorttrackers Pieter Gysel en Wim De Deyne een profcontract, net als hun trainer Jeroen Otter, en is hun standplaats Canada. Ook Kevin Van der Perren heeft een overheidsloon.

Ander goed nieuws: de Vlaamse Snowboard- en Ski Federatie zou zijn erkenning als topsportfederatie dan toch krijgen. 'Dan kan onze topsportcoördinator voltijds werken, kunnen we een trainer meer aannemen en worden onze mogelijkheden groter omdat we meer subsidies ontvangen', zegt voorzitter Leo Samsom. Hoop doet leven.

Hoe deelnemen?

Olympische atleten moeten voldoen aan internationale criteria. De Belgen moeten ook de strengere BOIC-criteria halen. Het komt er wellicht op neer dat de wintersporters in 2009 topuitslagen neerzetten in wereldbekermanches of Europese en wereldkampioenschappen. Op 15 december maakt de raad van bestuur van het BOIC de normen voor uitzending. Rijkelijk laat is dat, en meer dan drie maanden na Nederland.

Steuntje in de rug?

Omdat de Belgische wintersport niet in weelde baadt, vraagt BOIC-topman Eddy De Smedt zich af of er in welbepaalde gevallen geen mouw gepast kan worden aan de minima voor uitzending. 'Ik vind het niet meer dan fair dat voor de atleten in de zomer- en wintersporten dezelfde principes gelden. Laat ons consequent zijn. Maar ik heb ook begrip voor het andere standpunt

(van zij die erop wijzen hoe moeilijk wintersporters het hebben, red.)

. Voor iemand die de normen net niet haalt, die de gepaste vooruitgang maakt, mogelijkheden op termijn heeft en een stap vooruit zou kunnen zetten door deel te nemen is de vraag of je die toch niet best kunt afvaardigen. Al moet het doel altijd presteren blijven.'